Wijzigingswet Tracéwet (tweede tranche)

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 30-11-2005 t/m heden

Wet van 20 oktober 2005 tot wijziging van de Tracéwet (tweede tranche)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Tracéwet te wijzigen in verband met ervaringen die zijn opgedaan bij de toepassing ervan, in het bijzonder teneinde de procedures ten behoeve van de wijziging van hoofdwegen, landelijke spoorwegen en hoofdvaarwegen te bespoedigen en verder te vereenvoudigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel II

De artikelen 7 tot en met 11, eerste lid, van de Tracéwet, zoals deze luidden vóór de inwerkingtreding van deze wet, blijven van toepassing met betrekking tot projecten waarvan de trajectnota vóór de inwerkingtreding van deze wet ter inzage is gelegd.

Artikel III

Deze wet blijft buiten toepassing ten aanzien van een project tot wijziging van een hoofdweg, landelijke spoorweg of hoofdvaarweg, dat onder het recht zoals het gold vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet niet onder het toepassingsbereik van de wet viel en ter realisatie waarvan vóór de inwerkingtreding van deze wet reeds een ontwerp-besluit ter inzage is gelegd.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 20 oktober 2005

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

S. M. Dekker

Uitgegeven de tiende november 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven